De Trine serie van Frozenbyte staat bekend om z’n op physics gebaseerde puzzels en wonderschone, sprookjesachtige plaatjes. De poging van de studio om van die 2.5D plaatjes 3D plaatjes te maken met het derde deel pakte niet lekker uit. Wat betekent dat voor Trine 4?
Nou kun je als studio met een geliefde serie als Trine in dit geval twee dingen doen. Je werkt het 3D concept verder uit of je gaat terug naar de basis. Met Trine 4 heeft ontwikkelaar Frozenbyte voor dat laatste gekozen. De 3D omgevingen van Trine 3 misten detail en hebben daarmee moeten inboeten aan charme als je ze met voorgaande delen vergelijkt. De studio worstelde zichtbaar met de overstap naar 3D. Voorbeeld hiervan zijn de nodige ontwerpfouten waardoor delen van de puzzels onbedoeld verstopt raakten. Dat 3D een uitdaging is bleek ook wel uit de speelduur van Trine 3. Met een uur of 5 ben je er wel doorheen. Met deel vier grijpt de studio in meerdere opzichten terug naar de succesnummers.
Dynamisch drietal
Trine 4 geeft mij een heerlijk onbezorgd gevoel. De game vraagt het nodige van m’n oplossingsgerichtheid maar frustreren doet het me nooit. In een moment van onoplettendheid heb ik één keer het game-over scherm gezien. Dan moet je het wel bont maken, hoor. Het onbezorgde gevoel wordt versterkt door de heerlijk sprookjesachtige muziek, met een voice-over die perfect bij de setting past. Je gaat weer op avontuur met het bekende drietal bestaande uit Pontius de ridder, Amadeus de tovenaar en Zoya de dievegge. Hun vaardigheden zijn net zo divers als hun ambt. Pontius moet het hebben van zijn kracht (..gewicht) en schild. Amadeus kan objecten manipuleren en ook uit het niets doen verschijnen. Zoya tenslotte, is dan weer erg sterk met haar boog en kan goed overweg met een touw. Samen staan ze sterk, een beetje zoals de Lost Vikings van vroeger.
Dat de sprookjesachtige omgevingen er mooi uitzien, daarover zul je het snel met me eens zijn. En hoe enig de bosdieren zijn die je tegenkomt, zoals een egeltje dat zijn tuin staan aan te harken, hoe sfeervol het allemaal ook is, het komt me uiteindelijk wel erg bekend voor. De grafische stijl van Trine is beslist heel eigen, maar na vier delen ken ik het gewoon wel een beetje. De paddenstoelen komen me op een gegeven moment wel een beetje de strot uit. De sprookjeswereld vormt in Trine 4 het decor voor een vertelling die draait om de geplaagde prins Selius. Zijn duistere dromen beginnen zich in de werkelijkheid van ons drietal te manifesteren. De boze dromen komen tot leven, als het ware. Bovendien nemen de dromen van de prins steeds serieuzere vormen aan.
Schermutselingen
Voor Pontius, Amadeus en Zoya reden om de prins op te sporen en bij te staan. De monsters die uit de fantasie van de prins zijn ontsprongen, vormen echter geen enkele bedreiging. De (baas)gevechten zijn simpelweg te makkelijk. Wel zorgen de gevechten voor een welkome afwisseling met het platform- en puzzelwerk. Het vechten an sich voelt in vergelijking met het puzzelwerk een beetje knudde aan. Pontius laat zich in de gevechten het beste besturen, maar vanwege de lage moeilijkheidsgraad kun je de klus met elk van de drie avonturiers klaren. Zeker in de multiplayer wals je over de vijanden heen. Zo druk je de vijanden in een hoek met een van de creaties uit de blokkendoos van Amadeus om ze tot pixiedust te reduceren met een buttstomp van Pontius. Ook in de baasgevechten wordt je mijn inziens te vrij gelaten in je benadering. Hopelijk weet Frozenbyte deze nog verder te tweaken.
Het is gewoon wachten tot iemand ingrijpt. PETA, wellicht? Je hebt het immers hoofdzakelijk aan de stok met dieren. Wolven, honingdassen, opgefokte egels en hier en daar een satanische geit. Ook de variatie aan vijanden laat te wensen over. Aan variatie geen gebrek als we het over de omgevingen hebben. Bepaalde assets worden hergebruikt, maar elk level heeft een eigen feel. Dat wordt versterkt met de introductie van nieuwe mechanics zoals portalen en magneten. Hoe verder je komt hoe waanzinniger en beter de werelden worden. De meest moeilijke uitdagingen vind je echter niet aan het einde van de game, dat komt omdat de vaardigheden die je tegen die tijd hebt vrijgespeeld behoorlijk potent zijn.
Met het level design zelf zit het wel snor. Nimmer heb ik getwijfeld over wat wel of geen onderdeel vormt van een puzzel, nooit twijfelde ik of een platform begaanbaar was of niet. Met de erg rijke omgevingen kende de serie op dit vlak nog wel eens problemen. Wat ik hier verder aan wil toevoegen is dat de levels lekker snel worden ingeladen (gespeeld op de X).
Puzzels om van te smullen
Met de op physics (fysica..) gebaseerde puzzels is er niet één juiste manier om de puzzels op te lossen. Door de physics te misbruiken wist ik menigmaal de puzzels te kraken. Nu is dit iets waar de ontwikkelaar zich ook van bewust is, het is simpelweg een manier om je creativiteit te belonen. En dat zorgde bij mij voor euforische momenten. Gaandeweg krijg je meer grip op de puzzels omdat je simpelweg geoefend raakt en doordat je meer mogelijkheden hebt met de vaardigheden die je vrijspeelt. Met name is de faerie rope een game-changer. De faerie rope van Zoya is een van de nieuwe vaardigheden die deel vier brengt. Ook het arsenaal van Pontius is uitgebreid met de mogelijkheid om licht te reflecteren met z’n schild. De physics zelf zijn over het algemeen overtuigend en begrijpelijk, bovendien. In twee specifieke situaties is dat anders geweest, maar ik zal je niet vermoeien met de details.
Met de puzzels in Trine 4 wordt je nooit in het ongewisse gelaten. Je hebt direct of al vrij snel een idee in welke richting je het moet zoeken. Deels omdat het bekende stof is, maar deels ook omdat ze op intuïtie goed te doen zijn. Kom je er echt niet uit dan bevat de game een systeem dat jou na een te configureren aantal minuten een hint geeft. Wat wel het meest spreekt voor het ontwerp van de puzzels is dat je ze zowel in je eentje als met een groep kunt doorlopen. Dat kan zowel lokaal als online en wel met tot vier spelers.
Bepaalde puzzels worden aangepast als je met meerdere spelers speelt om samenwerking te bevorderen. Daarbij maakt de game onderscheid tussen Classic en Unlimited Mode. In Classic bestuurt elk van de spelers één van de karakters. In Unlimited kan elke speler ter plekke wisselen tussen de drie karakters. Ook tussen deze twee modi zitten verschillen tussen de opbouw van de puzzels. De modi verschillen ook wezenlijk van elkaar. In Classic zul je, in tegenstelling tot Unlimited, veel meer moeten nadenken hoe je niet alleen jezelf maar ook de spelers die niet beschikken over de klimvaardigheid van Zoya of de sprong van Pontius naar de overzijde brengt. En om de omgevingen samen te verkennen en elkaar op weg te helpen is net zo leuk als elkaar proberen te sarren. Het draait daarbij niet alleen om puzzelen maar voor een groot deel om coördinatie en communicatie. Wat mij betreft is co-op hét verkooppunt van de serie.
In de één of andere hoek
De flessen met ervaringspunten die je van het tweede deel kunt kennen keren met Trine 4 terug. Het spel is zeker te voltooien zonder, maar met de ervaringspunten speel je vaardigheden vrij die je ofwel sterker maken dan wel meer opties geven bij het oplossen van puzzels. Je kunt de speelduur van de game aanzienlijk verlengen door op zoek te gaan naar al de ervaringspunten, ze zitten soms erg goed verstopt. Regelmatig zul je ook een extra uitdaging moeten voltooien om de ervaringspunten eigen te maken. Het proces wordt vergemakkelijkt door checkpoints die je na het voltooien van een level kunt laden. Bij elk checkpoint wordt netjes weergegeven hoeveel punten er verstopt zitten via een even mooie als functionele wereldkaart.
Tenslotte wil ik nog eens benadrukken hoe lekker de game zich laat spelen. In Unlimited Mode wissel je moeiteloos en direct tussen de karakters. Ik kreeg er eigenlijk geen genoeg van, ook niet toen het avontuur ten einde was. In die zin hoop ik dat er nog DLC volgt met een serie extra uitdagende levels. Voor nu haal je met de Ultimate Collection meer Trine in huis dan je baas kunt. Deze bundel bevat deel 1 t/m 4 voor een bedrag van € 49,99 euro. Als je het met de prijs van Trine 4 (€ 29,99 euro) vergelijkt is dat het overwegen waard. Trine is trouwens een vrij interessante game voor de achievement hunters onder ons. Na een kleine 10 uur spelen ben je door het verhaal heen en met een kleine 15 uur heb je alle extra uitdagingen voor unlockables ook wel voltooid. Let wel op dat je in co-op alleen achievements vrijspeelt met het actieve profiel. Online vormt dit naar mijn weten geen probleem.
Conclusie
Hoe meer ik van Trine 4 heb gespeeld heb, hoe meer plezier ik er aan heb beleefd. De puzzels zijn zo opgezet dat je ze meestal op meerdere manieren kunt voltooien. Met de goede en begrijpelijke physics kun je het vaak lekker bont maken in het proberen oplossen van deze puzzels. Ik heb gewoon erg genoten van het spelen met de mechanics in Trine 4. De game als totaal is voor de gemiddelde speler voldoende uitdagend om er plezier aan te beleven, met uitzondering van de (baas)gevechten. Voor de doorgewinterde Trine speler denk ik dat de game aan de makkelijke kant is. Gelukkig vindt hij of zij wat extra uitdaging in het vinden van alle ervaringspunten die her en der verstopt zitten in de rijke omgevingen.
Zowel voor de single player en zeker voor de co-op kun je deze game rustig in huis halen. Toch zal ik hem niet snel aanraden door de sprookjesachtige stijl van de game. Als je het in beweging ziet trekt het je, of het trekt je helemaal niet.