Jump Force leent zijn naam van de Weekly Shonen Jump manga. Aan het feit dat deze vijftig jaar bestaat hebben we Jump Force te danken. De game viert dit namelijk door personages uit zestien verschillende manga te nemen en in één game te proppen.
Toen Jump Force een tijdje geleden werd aangekondigd, was ik direct enthousiast. Ik lees geen manga, maar vrijwel alle personages die voorbij kwamen in de eerste trailer kende ik van diverse anime die ik wel kijk. Luffy van One Piece, Goku uit Dragonball en Naruto uit.. Naruto dus. Stuk voor stuk bijzondere personages die samen komen in Jump Force, om voor eens en altijd te dealen met het kwaad.
Persoonlijk ben ik geen fan van vechtspelletjes zoals Tekken of Street Fighter, maar door de trailers die doen lijken alsof je zo de anime instapt en je meenemen in een groots verhaal werd ik toch behoorlijk hyped. Helaas wist Jump Force mij net zo snel weer teleur te stellen…
Een vreemde start
Dat een vechtgame geen ijzersterk verhaal bevat kan ik me goed voorstellen, het draait tenslotte slechts om één ding. Maar het kleine beetje (slecht) acteerwerk in deze game is geen verhaal te noemen en voelt aan alsof het er enkel in is gestopt om uit te kunnen leggen waarom al deze personages zich nu in dezelfde wereld bevinden. Helaas hebben ze zelfs daarbij de plank volledig misgeslagen. De game begint met een lange, saaie en inspiratieloze cutscene van zo’n 10 a 15 minuten met misschien wel de slechtste animaties die ik in lange tijd heb gezien. Het is allemaal onwijs houterig en voelt als een huiswerkopdracht van een groepje wiet-rokende, spijbelende, ongeïnteresseerde vierdeklassers die op het laatste moment besloten toch nog wat aan school te gaan doen. De mondbewegingen van Kermit de Kikker en zijn vrienden zien er beter en realistischer uit dan deze onzin.
Halverwege de cutscene mag je een eigen personage maken en dat voelt behoorlijk goed. Er zijn veel verschillende opties die je kunt wijzigen om zo je virtuele jij zoveel mogelijk op jezelf te laten lijken, of juist totaal niet natuurlijk. Al met al kun je best wel even bezig zijn hiermee. Behalve ik dan, daar heb ik geen geduld voor.
Na de intro kom je terecht in de hub van de game, zoals we deze ook kennen van onder andere Monster Hunter World. Maar dan saaier en levenlozer. Hier kun je winkels bezoeken, online gevechten starten en de “verhaalmodus” spelen. Alhoewel ik die benaming niet helemaal juist vind, want van een echt verhaal is namelijk nog steeds geen sprake. De missies die je kunt spelen zijn gewoon reguliere gevechten met als verhaal een klein stukje tekst die jouw missie uitlegt en af en toe zo’n wanstaltige cutscene. Nogmaals, het verhaal en zijn missies zijn ronduit saai. Gelukkig is er nog meer…
Een moment geduld alstublieft…
Laadtijden. Laadtijden zijn anno 2019 bijna een taboe geworden. Menig studio doet keihard zijn best om de laadtijden in games zo veel mogelijk te beperken of zelfs helemaal weg te laten. Bij Spike Chunsoft, de ontwikkelaar van de game, wordt daar blijkbaar totaal geen aandacht aan besteed. De laadtijden zijn namelijk tergend lang en onwijs vaak aanwezig. Bij elke poep of scheet die je laat komt er weer zo’n laadscherm voorbij en kun je je inmiddels vijftiende bak koffie gaan zetten. Ik zal ter beeldvorming even een situatie voor je schetsen met daarbij een indicatie van de tijd dat alles in beslag neemt.
Je start de game op en zit helemaal klaar voor een ouderwets potje vertier.
Laadscherm (2 minuten)
De game is eindelijk geladen en je bent beland in de hub, waar je besluit om het verhaal verder op te pakken. Je loopt naar de juiste persoon en kiest een leuke missie. (3 minuten)
Laadscherm (2 minuten)
Het gevecht begint, je slaat wat in het rond en weet je vijanden te verslaan. Gefeliciteerd! (4 minuten)
Laadscherm (2 minuten)
Je bent weer in de hub en het riedeltje begint opnieuw.
Zoals je dus kunt zien ben je ongeveer net zo lang naar laadschermen aan het kijken als dat je daadwerkelijk aan het spelen bent. Daarbij moet ik zeggen dat bovenstaande nog een behoorlijk gunstig scenario is, gezien veel gevechten nog korter duren dan die magere 4 minuten. Daarover later meer.
Grafische verwachting
Gelukkig is niet alles negatief aan deze game. Laten we beginnen met het grafische aspect, dit is namelijk prima in orde. De personages komen ten strijde in de ‘echte wereld’ en hebben daardoor allen een realistischer tintje gekregen. Dit ziet er cool uit en geeft net dat tikkeltje extra diepgang aan de omgevingen en zijn personages. Behalve bij Trunks dan, volgens mij heeft hij een pilletje te veel genomen.
Alles is te bewonderen in 4k met HDR en dat is (gelukkig) te zien, de kleuren spatten van je scherm. Helaas valt dit grafische gedeelte soms teniet aan de framedrops die regelmatig om de hoek komen kijken. Als het even teveel wordt daalt de framerate behoorlijk en word je direct uit de actie getrokken. Gelukkig heeft de studio aangegeven niet stil te zitten en zal dit probleem hopelijk snel met een patch verholpen worden.
Biem!
Laten we het verhaal, het acteerwerk en de framedrops even vergeten. Haal rustig adem, tel tot tien en kom tot rust. We gaan het nu eens hebben over de daadwerkelijke combat, want in een vechtgame anno 2019 zit het daarmee vast wel goed, toch?
De combat is behoorlijk eenvoudig, maar vooral in het begin zeker even wennen. Er is een knop voor een snelle en lichte aanval, voor een sterke aanval, eentje voor een worp en een om je te verdedigen. Daarnaast kun je, zoals je gewend bent van vechtgames, combo’s maken door verschillende knoppencombinaties in te drukken. Het leuke hieraan is, is dat de combo’s voor elk personage uniek voor hem/haar zijn en dus zeker herkenbaar mocht je bekend zijn met de manga of anime.
Ook zijn er speciale aanvallen die elk hun eigen kenmerken hebben. Zo zijn er ‘rush’ aanvallen, waarbij je als een malle richting je tegenstander rent en een paar flinke hoeken uitdeelt. Daarnaast zijn er uiteraard ook de lange afstandsaanvallen, denk bijvoorbeeld aan de iconische ‘Kamehameha!’ Doordat je team telkens uit drie personages bestaat heb je vaak een mengelmoes aan verschillende types en kun je je continu aanpassen aan je tegenstanders. Helaas delen al jouw teamgenoten dezelfde levensbalk en ‘special’ meter, waardoor in die zin het wisselen van personage geen toegevoegde waarde heeft. Wat mij betreft is dit zeker een minpunt, gevechten duren al niet zo lang en de gedeelde levensbalk helpt hier zeker niet bij.
De gevechten gaan snel, maar voelen onwijs lekker aan. De combat is vloeiend en door alle speciale krachten en aanvallen heb je zeker het idee dat je in een anime terecht bent gekomen. Het is natuurlijk ook gewoon erg leuk om eindelijk zelf het heft in eigen handen te nemen met alle bekende personages. Wat dat betreft heeft de studio een knap staaltje werk afgeleverd.
Online modus steelt de show
De gevechten die je solo speelt zijn een leuke manier om kennis te maken met de verschillende personages en de unieke krachten die zij met zich meebrengen. Je leert goed de sterke en zwakke punten kennen en bent al snel meester over de knoppen. Helaas leidt dit uiteindelijk tot redelijk repetitieve gevechten waarbij je eigenlijk gewoon willekeurig op alle knoppen aan het rammen bent (al doe ik dat met Tekken ook) en daarmee wordt het solo gedeelte van de game snel saai, vooral zodra je een keer met alle personages hebt gespeeld. Gelukkig kent de game ook een online modus en het lijkt erop dat Jump Force het nou juist daar van moet hebben.
Want zodra je die modus induikt, merk je dat hier het kaf zich van de koren scheidt en dat je het met doelloos op je knoppen rammen niet gaat redden. Dit komt natuurlijk vooral doordat je niet tegen een vooraf ingestelde computer werkt, maar toch is het jammer dat dit niet tot zijn recht komt in de singleplayer.
Conclusie
Tja, veel meer heb ik eigenlijk niet te vertellen. Er is dan ook niet veel meer dan dat in de game te beleven. Jump Force is een leuke game om even te spelen, zodat je je even kunt wanen in het leven van al die waanzinnige helden en schurken die je kent uit de manga en anime. Helaas is het niet meer dan dat. Slechte animaties, (veel) lange laadtijden, regelmatige framedrops en een slecht verhaal doen de soepele combat en mooie beelden teniet. De echte, keiharde fans zullen er hoogstwaarschijnlijk een stukje meer plezier uithalen, maar een goede game is het zeker niet. Jammer, want de verwachtingen lagen mede door de prachtige trailers erg hoog. Lekker halen als ‘ie voor een tientje in de budgetbak ligt dus.