Afgelopen week mocht ik met Disintegration aan de slag. Het is helaas niet de game waar ik op gehoopt had. Waarom? In deze review ga ik hier nader op in.
Disintegration is de eerste game waar ik een soort van ‘belang’ bij voelde dat die goed moest zijn. Op mijn eerste XBNL-‘perstrip’ tijdens de Gamescom van 2019 mocht ik namelijk Marcus Lehto interviewen. Een charismatische ontwikkelaar. Co-creator van Halo, mede bedenker van de Master Chief, spil in het web bij de ontwikkeling van Destiny. Een oude rot in het vak die vol enthousiasme zijn eigen gamestudio V1 Interactive opgezet heeft, om zodoende meer creatieve vrijheid te ervaren. Een man met een visie, idealen en principes. Ik was erg onder de indruk van zijn verhaal, loopbaan en zijn plannen met Disintegration. Disintegration moest dus wel een goede game gaan worden.
Onsterfelijkheid nastreven
Met de legacy van Letho in mijn achterhoofd begon ik afgelopen week mijn avontuur als Romer Shoal, de protagonist. Direct bij de openingsscène viel me het verschil al op tussen de trailers die we afgelopen jaar hebben gezien en de wereld zoals die daadwerkelijk is geworden: grauw, klinisch, weinig levendig, weinig details. ‘Ah, dat komt nog wel, komt wel goed’ dacht ik. En zo speelde ik mijn eerste twee uurtjes in deze interessante mix van RTS en FPS.
‘Wat ben ik eigenlijk aan het doen?’ vroeg ik me al snel daarna af. Iets met vijanden met rode ogen uitschakelen. Maar wie zijn dat en waarom heb ik ruzie met hen? Ik weet dat het verhaal gaat over het integreren van een menselijk brein in een robot. Ik weet ook dat er verschillende fracties zijn, met verschillende meningen. Romer is geïntegreerd en streeft een samenleving na die disintegreert. Maar waarom en wie is er tegen? De cutscenes waarmee de missies beginnen kon ik moeilijk volgen, kwamen op mij wat onsamenhangend over en gaven mijns inziens te weinig context en verdieping. Dat is echt jammer, want volgens mij is het verhaal in potentie wel sterk. Er zijn namelijk weinig onderwerpen spannender dan de morele kwesties die samenhangen met het ontwikkelen van techniek die de mens onsterfelijk maakt. Maar het komt totaal niet uit de verf.
‘Oké, het verhaal is niet goed te volgen en weinig verdiepend, maar de voice-acting is wel tof’, dacht ik toen. En overall zijn de geluidseffecten prima. Dus ik speelde rustig verder, nam wat bugs voor lief. En de wisselende framerates (met dips onder de 30 fps) is sowieso niet mijn ding om mij daar al te druk over te maken. De combinatie van realtime strategie en FPS is wel innovatief en is ook de reden geweest voor Take-Two Interactive om de ontwikkeling van deze game van funding te voorzien. ‘Dus dat zit dan wel goed in elkaar, toch?’ Ja en nee. Vooral nee.
Lange stukken niets afgewisseld met chaotische gameplay
Wat je moet weten is dat je tussen missies door in een soort van hub komt. Hier kun je interactie hebben met de NPC teamgenoten. Hier haal je objectives op, kun je je team samenstellen en de moeilijkheidsgraad aanpassen. So far, so good, ‘gewoon nog even doorspelen, wordt vanzelf wel leuk en goed’, dacht ik vervolgens.
Je vervolgt in een redelijk lineaire wereld de ‘verhaallijn’ en komt onderweg ‘de vijanden met de rode ogen’ tegen. Zwevend boven de grond in je Gravecycle kun je hen zelf aanvallen of je kunt je teamgenoten hier opdracht toe geven. Deze wisselwerking is best wel leuk bedacht en zorgt op verschillende momenten ook voor interessante gevechten. Het punt waar ik echter tegen aan liep is dat de controls te weinig precies aanvoelen, waardoor geïnitieerde acties niet het gewenste effect hebben en het speelveld al snel chaotisch aanvoelt. Want, zo vloeiend als je zweeft in je Gravcycle en daarmee kunt wisselen in hoogte, zo moeilijk gaat het selecteren en richten. Dit betreft zowel de shooter-actie als het aansturen van je teamgenoten. Aanvankelijk dacht ik nog dat het zou liggen aan de gewenning, maar ook na meer dan 10 uur spelen werd dit niet beter. Ik had niet het gevoel dat er een leercurve ontstond, noch dat je een betere beheersing van de controls kreeg of controle kreeg over het speelveld. De controls bleven op dit punt cluncky aanvoelen.
Ook waren er in de verhaallijn een aantal bugs die écht verholpen moeten worden. Naast texture pop-ins, drops in framerate en NPC’s die uit de wereld klappen, vond ik de meest storende dat het op meerdere momenten in de game niet mogelijk was om interactie met objecten af te vinken. Met andere woorden, wanneer ik de (sub)missie had voltooid, registreerde de game dit niet als dusdanig. Met als gevolg dat ik niet verder kon in de wereld en bijvoorbeeld een checkpoint opnieuw moest laden. Het is me op dit moment nog onduidelijk of dit met een patch in de nabije toekomst verholpen gaat worden.
Drie uitgebreide multiplayer modes
De campaign is dus bepaald niet het succes waarop ik had gehoopt. Helaas geldt dat ook voor de multiplayer. Hoewel ik twijfel of ik op dit punt wel kritisch kan zijn. Ik heb de game gespeeld tijdens pre-release en in de eerste dagen na de release. Mijn voornaamste probleem ligt namelijk rondom de matchmaking. Dit kon tot 8 minuten duren, waarna er óf een match gestart werd óf de connectie verbroken werd en ik weer opnieuw op zoek moest. Dit kan er mee te maken hebben dat er vlak voor en na de release nog onvoldoende spelers beschikbaar zijn om snel servers mee te vullen.
Echter, naast de serverproblemen, vond ik het algehele speeltempo van de drie multiplayer-modes te traag, de speelmap qua fysieke afstand die afgelegd moet worden te groot en binnen die speelmap te weinig invulling en aankleding. Eenmaal bij je tegenstander wordt het al snel chaotisch en komt het strategische aspect van de multiplayer maar moeilijk tot haar recht.
Conclusie
Waar de game wel enkele innovatieve opties biedt in het combineren van het RTS en FPS gamegenre, lijkt V1 Interactive toch enigszins haar hand overspeelt te hebben. Disintegration is het op alle fronten net niet. Het verhaal heeft potentie en goede voice-acting, maar is weinig verdiepend en verbeeldend uitgewerkt. De afbakening van strategie-elementen van de game tegenover de FPS-elementen is mager, waardoor bewust een speelstijl inzetten niet goed mogelijk. Het wordt al snel chaotisch op het speelveld en je hebt zelden het gevoel van controle. Naast de matig uitgewerkte campaign, zal de multiplayer nog een stuk beter geoptimaliseerd moeten worden. Voor een prijs van 50 euro kan ik helaas op dit moment nog niet adviseren om de game aan te schaffen. Voor diegenen die toch benieuwd zijn naar het RTS/FPS-concept achter Disintegration, zou ik zeggen: wacht op een aanbieding en de nodige patches.